CO2-effect
Bij een warmtenet wordt de woning verwarmd door warm water, dat via een buizenstelsel naar de woning wordt geleid. Het water wordt idealiter verwarmd door industriële restwarmte. In de praktijk echter wordt het water ook verwarmd door gas- en biomassacentrales. In het geval van restwarmte wordt CO2-uitstoot bespaard, in de andere gevallen niet. Indien warmtenetten grootschalig worden toegepast zal er niet voldoende restwarmte voorhanden zijn om de warmte te leveren en zal het grootste deel moeten worden verwarmd vanuit gas- en biomassacentrales. Het transport van water zorgt ook voor warmteverlies. Bij grootschalige toepassing van warmtenetten zal in de praktijk de CO2-uitstoot niet of nauwelijks worden verminderd en waarschijnlijk zelfs worden vergroot.
Effect voor de burger
Het warmtenet creëert een monopolie-positie voor de netbeheerder. In de praktijk zijn veel burgers, die zijn aangesloten op een warmtenet, duurder uit dan anderen.
Sociaal Energiebeleid
Omdat de grootschalige toepassing van warmtenetten CO2-uitstoot niet of nauwelijks vermindert en dikwijls zelfs verhoogt, maar de burger wel op kosten jaagt, steunt DEI niet een beleid, dat grootschalige toepassing van warmtenetten bevordert, en zeker niet, als dat van overheidswege zou worden afgedwongen. Alléén als een échte restwarmtebron zich bevindt in de nabijheid van woningen kan een plaatselijk warmtenet worden overwogen.
Als een warmtenet van louter restwarmte niet kan worden aangelegd, laat bestaande huizen dan hun gasaansluiting houden.
Laat bij nieuwbouw de keuze voor een gasaansluiting aan de markt.